Door: Isabel Boerdam, initiatiefnemer nationale week zonder vlees
Foto: Het schap met vleesvervangers zoals wij dat nu kennen, met alle vleesvervangers naast elkaar
Er bestaat geen schap in de supermarkt dat zo aan verandering onderhevig is als het schap met vleesvervangers. Hierin vind je vega(n) knakworst, burger, gehakt, schnitzel. Eigenlijk is er voor elke vleesvorm die je kan bedenken tegenwoordig een vega- of veganvariant.
Ik juich dit van harte toe! Zelf ben ik al sinds mijn negende vegetariër en destijds was er bar weinig te kiezen. Er zijn nu zo veel lekkere alternatieven, waardoor het echt niet meer moeilijk is om een dagje het vlees te laten staan. Dat is wat mij betreft een geweldige ontwikkeling. Vegetarisch eten is heel lekker en kan zonder concessies!
Naast mijn blog dehippevegetarier.nl, organiseer ik sinds 2018 de jaarlijks terugkerende Nationale Week Zonder Vlees in maart. Tijdens die week, waar ook bijna alle supermarkten in Nederland aan meedoen, roep ik heel Nederland op om een week het vlees te laten staan en zo te ervaren hoe lekker en makkelijk het is om een keertje vegetarisch te eten. Als we dat allemaal zouden doen, zou dat een hoop schelen voor het milieu. Want wanneer je als volwassene een week geen vlees eet, dan bespaar je liefst 130 liter water, een CO2-equivalent van 76 kilometer autorijden en 770 gram dierenvlees.
Tijdens de Nationale Week Zonder Vlees hoor ik vaak terug dat vleesvervangers heel erg helpen bij een keertje vegetarisch eten. Het is immers geen hogere wiskunde om het rundergehakt in een pasta bolognese te vervangen door vegagehakt. Voor veel mensen zijn vleesvervangers dan ook de eerste stap in het ontdekken van hoe een vegetarische maaltijd eruit zou kunnen zien.
Toch is er ook wat kritiek. Zo zou het schap met vleesvervangers niet volledig zijn. Je kan namelijk op veel meer manieren je vlees vervangen dan alleen door een kant-en-klare vegaburger. Ook peulvruchten, noten, zeewier of een eitje zijn goede bronnen van eiwit, die je in plaats van vlees of vis zou kunnen eten.
Eén eiwiteiland
Ik pleit er daarom voor dat we al deze verschillende bronnen van eiwitten voortaan in één eiwit-eiland bij elkaar zetten, met dierlijke en plantaardige eiwitten door elkaar, op een centrale plek in de supermarkt. Nu staan alle vleesvervangers bij elkaar, maar daar kom je als echte vleeseter natuurlijk niet langs. Door zo’n centraal eiland te maken, wordt ook de vleeseter geconfronteerd met de vega-opties in de supermarkt! Hoe leuk zou het zijn om in één oogopslag te kunnen kiezen tussen vega-gehakt, rundergehakt, linzen of paddenstoelen voor je pastasaus? Zo maken we het voor iedereen een stukje makkelijker, lekkerder en gezonder om af en toe het vlees te laten staan.