De Nederlandse voedsel- en drankensector omarmt exportkansen: bijna 6 van de 10 bedrijven exporteert goederen. Bovendien voorziet ruim 6 van de 10 bedrijven ruimte voor exportgroei volgend jaar. Behalve omzet levert export ook andere positieve zaken op: zo is het een aanjager van digitale transformatie, innovatie en een breder productaanbod.
Dat blijkt uit een exportonderzoek* waaraan meer dan 9.000 West- en Noord-Europese bedrijven deelnamen die goederen verkopen, variërend van grote bedrijven tot het MKB. “Exporteren helpt Nederlandse bedrijven economische uitdagingen te doorstaan. Het helpt hen te groeien, innovatiever te zijn en vooruitgang te boeken met digitalisering”, aldus Roland Palmer, General Manager UK, Benelux & Nordic countries bij Alibaba Group.
Uit het rapport, waarvoor bedrijven uit Nederland, het VK, Spanje, Frankrijk, Italië, België, Duitsland, Zweden en Denemarken werden ondervraagd, blijkt dat de Europese exportactiviteit een belangrijke factor is als het gaat om het voortbestaan van het bedrijf, zo zegt bijna 8 van de 10.
Dat gaat ook op voor de Nederlandse voedsel- en drankensector die vooral naar landen in heel Europa en naar China exporteert. Deelnemende modebedrijven stellen verder dat exporteren ervoor heeft gezorgd dat het productaanbod is uitgebreid (ruim 7 van de 10), het bedrijf sterker heeft gemaakt (ruim 7 van de 10), innovatie heeft gestimuleerd (ruim 6 van de 10) en een boost heeft gegeven aan digitale transformatie (8 van de 10).
Het rapport belicht ook een reeks belemmeringen die bedrijven ondervinden bij het exporteren naar het buitenland. Kijken we specifiek naar de voedsel- en drankensector in ons land, dan worden het gebrek aan talenkennis en een tekort aan producten als grootste obstakels genoemd.
